Liefde boven alles

De wetenschappelijke visie op het universum is vrij paradoxaal. Ten tijde van de middeleeuwen was het in het westen de christelijke leer dominant. De wereld was in zeven dagen geschapen en er was een persoonlijke god tot wie je kon bidden en die zou je helpen als je maar geloofde. De bijbel was de leidraad voor het leven, het leven was overzichtelijk. Je leefde volgens de christelijke moraal en als er iets niet goed ging kocht je een aflaat of deed je zeventig wezen groetjes. Copernicus had in zijn tijd de boel al gecompliceerd door te stellen dat de aarde om de zon draaide en niet andersom, de mens was niet het centrum. Maar de mens wilde vrij zijn, vrij van zondebesef, heer over zijn eigen moraal en daar was het middel om dat te bereiken, de evolutietheorie. De evolutie is van zichzelf nog steeds vrij eenvoudig te begrijpen. Het idee is dat er willekeurige mutaties optreden bij de reproductie van genen en de mutaties die tot een beter aangepast dier lijden hebben een betere kans op overleven en het doorgeven van de genen. Vooral het “willekeurige” hierin is kenmerkend, er was geen finale oorzaak meer in het universum, de willekeur regeert. Perfect voor eenieder die zijn vrijheid terug wilde en zich verzette tegen voorzienigheid, zondebesef en normering. Toch was de theorie nog elegant en relatief simpel te begrijpen. De ideeën van Newton waren in hun tijd ook nog relatief eenvoudig maar Einstein zou later de boel al verder compliceren met zijn algemene relativiteitstheorie. Wetenschap wordt niet eenvoudiger maar wordt steeds complexer. Het standaard model oogt nog eenvoudig maar eronder ligt kwantum veld theorie die betoogd dat veel deeltjes corresponderen met hun eigen veld. Alle elektronen zijn bijvoorbeeld excitaties van een elektronenveld. We worden ons steeds meer bewust van onderliggende structuren onder de realiteit die in de middeleeuwen nog behapbaar was. Quantum mechanica kan mee gerekend worden maar er is eigenlijk niemand die het echt begrijpt en op de problemen op te lossen met het graviton ( deeltje voor zwaartekracht ) is een huidige ( onbewezen ) theorie, de snaartheorie, die uitgaat van 10 tot 26 dimensies een theorie waar al tientallen jaren aan wordt gewerkt. De complexiteit blijft toenemen maar het lijkt alsof we bij Darwin zijn blijven hangen, bij de willekeur. Ik vind het paradoxaal dat hoe meer we leren dat we er nog steeds vanuit gaan dat er geen doeloorzaak is maar louter willekeur. Veel mensen lijken wel in een soort collectieve waan te zitten, terwijl iedereen de natuur in kan gaan en de schoonheid en complexiteit kan zien met eigen ogen. 

Want Gods eeuwige kracht en goddelijkheid zijn te zien in de natuur. Dat is altijd al zo geweest, vanaf het moment dat de aarde werd gemaakt. Daarom hebben ze geen excuus. - Rom 1:20. 

De vraag is heel simpel, denk je dat alles door toeval is ontstaan of denk je dacht er een scheppende kracht is en een doeloorzaak? Ik neem aan dat er een scheppende kracht is en daarmee ook een finale oorzaak voor het bestaan van het universum, statistisch gezien is de kans dat alles bij toeval is ontstaan nagenoeg nul. Mocht iemand nog steeds denken dat evolutie alle antwoorden heeft, i hate to break it to you. Hoe is DNA ontstaan? Hoe zijn de fundamentele deeltjes/krachten ontstaan? Hoe is ruimtetijd ontstaan? Hoe zijn dimensies ontstaan? Als je jezelf wilt blijven zien als een schitterend ongeluk, ik hou je niet tegen.

De christelijke leer
Ik ben heel eclectisch in wat ik geloof, ik hang niet 1 specifiek geloof aan. Ik bedoel dat ik denk dat er geen enkel geloof is dat in zijn geheel de waarheid in pacht heeft. Ik denk dat de waarheid juist te vinden is in de pluriformiteit en in twintig jaar heb ik ik mij ontworsteld aan de christelijke leer. Maar omdat ik mij er heel er in verdiept heb en een boek over mijn conclusies heb geschreven wil ik hier kort mijn conclusie beschrijven. Niet omdat het christendom alle antwoorden heeft maar in mijn ogen een belangrijke kern. Ik benader dit nu even heel bijbels en wiskundig ( substitutie ) om deze kern duidelijk te maken. Mijn redenering is als volgt. “In den beginne was het Woord, en het Woord was bij God, en het Woord was God.” Joh 1:1, dus het woord was God. Johannes vervolgt:”En het Woord is vlees geworden, en heeft onder ons gewoond”, oké dus de zoon is het vleesgeworden woord was God. In de brief 1 Johannes zeg hij vervolgens:”Die niet liefheeft, die heeft God niet gekend; want God is liefde.” Dus de zoon is god is liefde, dus de zoon is liefde. Als wij nu in de volgende tekst de Zoon ( mij en ik ) substitueren door liefde dan krijgen we de volgende tekst:”Liefde is de Weg, en de Waarheid, en het Leven. Niemand komt tot den Vader, dan door de liefde.” en eigenlijk mogen we “den Vader” ook substitueren en dan krijgen we: “Liefde is de Weg, en de Waarheid, en het Leven. Niemand komt tot de Liefde, dan door de liefde.” Het christendom is ook maar 1 weg leiden naar het zijn van een liefdevol mens, het boeddhisme kan dat ook en evengoed atheïsme. En zoals Aristoteles zo mooi zegt, een deugd kan niet bestaan louter als dispositie, je moet het uitleven om het te verinnerlijken.

Scheppende kracht die liefde is
Maar als er een scheppende kracht is wat is dit dan, wat betekent dat dat voor ons? Laten we beginnen te proberen deze scheppende kracht te definiëren. Laten we bij de natuur beginnen want dat kunnen we met onze eigen ogen zien. Wat de natuur kenmerkt is een complex systeem van leven en dood waarin er sprake is van ontwikkeling en harmonie. De natuur kan heel mooi zijn maar ook wreed en genadeloos. In mijn visie zou zo’n scheppende kracht goed en wel immanent kunnen zijn, maar in mijn optiek niet pantheïstisch zoals Spinoza beweert. Ik zou zeggen dat het een kracht waar alles van doordrongen is “één God en Vader van allen, die is over allen en door allen en in allen.” (Efe 4:6 NB), en God hebben we eerder als liefde gedefinieerd. Maar dat deze scheppende kracht in alles aanwezig is wilt niet zeggen dat deze noodzakelijkerwijs invloed heeft. Ik denk dat ik de mens wel wil zien als iemand die een keuze heeft, een vrije wil, dat staat haaks op de deterministische god van Spinoza. Sowieso vind ik vrije wil vrij paradoxaal want zoals ik het zie is elke keuze bepalend voor onze toekomstige keuzes, in zekere zin zou ik een aspect van de vrije wil negatief kunnen formuleren als in dat we in staat zijn om toekomstige invloeden over onszelf vast te leggen door onze keuzes. We hebben de vrije wil onze wil te beperken, dat is ook een aspect van vrije wil. In positieve zin denk ik dat we onze vrije wil kunnen gebruiken om er al dan niet voor kiezen om te leven in harmonie met de liefde. Als we de liefde zien als een golf daarbij nemend dat wij elk moment van de dag ervoor kunnen kiezen om liefdevol te handelen. Dan kom ik op een interessant verschijnsel in de natuurkunde wat iedereen kent. Als twee golven in fase zijn dan versterken ze elkaar en misschien moeten we het zo een beetje zien. Door onze keuzes dag in dag uit leren we langzaam om een meer liefdevol mens te zijn en om harmonieuzer te leven met de liefde die ons dan kan steunen, bevestigen en versterken omdat wijzelf er voor hebben gekozen om liefdevoller te zijn. Maar we blijven in mijn optiek wel autonoom maar liefdevol leven kan veel opleveren voor jezelf en voor anderen en dat geeft een goed gevoel en ons brein wil dan dat fijne gevoel weer opnieuw, zo simpel kunnen we het dan ook wel weer maken. Aristoteles betoogt dat de mens de morele deugd als doel moet hebben voor zijn leven, die het juiste midden is, en omdat we dan optimaal functioneren zijn we ook optimaal gelukkig.

De doeloorzaak
Wat kan nu de doeloorzaak zijn? In harmonie leven met de scheppende kracht die liefde is “Alles verdraagt ze, alles gelooft ze, alles hoopt ze, in alles volhardt ze. De liefde zal nooit vergaan”. De liefde kunnen we ook zien als de onbewogen beweger van Aristoteles. Deze kracht dwingt niks af maar is geduldig en met aandacht aanwezig in alles zoals het boeddhisme ons leert. Het is een kracht waar we ons ten aller tijde op kunnen afstemmen net als een kompas. Als we ijzer op de juiste manier maken dan wijst het altijd naar het noorden maar dit doet het niet van nature, het moet worden gevormd om zich te kunnen richten op het noorden. En dan kom ik toch weer bij mijn eerste bron van inspiratie, Nietzsche: “Wordt wie je bent”. Het Doel is dus het scheppen van een schepping die in harmonie leeft met de liefde en ieder op zijn eigen wijze.

Conclusie
Mijn conclusie is dat het leven draait om het worden van een liefdevol mens, dat is de enige manier om onszelf gelijkvormig te maken met de de liefde. Als we dat allemaal zouden doen dan gaan we als vanzelf ook in harmonie leven met elkaar omdat we allemaal op hetzelfde gericht zijn op onze eigen unieke manier. Ik wil toch besluiten met een Bijbeltekst:

Maar schraagt om deze reden met betoon van alle ijver door uw geloof de deugd, door de deugd de kennis, door de kennis de zelfbeheersing, door de zelfbeheersing de volharding, door de volharding de Godsvrucht, door de Godsvrucht de broederliefde en door de broederliefde de liefde jegens allen. (2Pe 1:5-7 NBG51). 

In mijn optiek is de liefde fundamenteel aan het christendom en het fundament van de waarheid maar zeker niet de gehele waarheid. Mijn stelling is daarom “liefde boven alles”.